Architecten Renée Gailhoustet en Jean Renaudie
De Nederlandse wooncultuur is inherent verbonden met tuinieren. De beschikking hebben over een groene buitenruimte in eigen beheer, die je zelf kan vormen, is een belangrijke woonwens. Het ontbreken van een tuin bij appartementen wordt, door jong en oud, vaak als reden benoemd om niet te verhuizen. De woonbehoefte tuinieren wordt veelal geassocieerd met wijken met een lage bebouwingsdichtheid, terwijl er, in het krappe Nederland, juist nadrukkelijk gezocht wordt naar manieren om wijken met een hogere dichtheid te creëren. Het bouwen in de hoogte lijkt geen ruimte te kunnen bieden aan de woonbehoefte tuinieren.
Wij, ZOETMULDER, denken dat dat anders kan. Wij werken veel in- en aan gebieden met hoge dichtheid en we vroegen ons af of er manieren mogelijk zijn om ook in hoog stedelijke gebieden groene vingers aan het werk te zetten. We vinden de sociale handeling van het wroeten in de tuin belangrijk. Groen zien sterven en groeien, verantwoordelijkheid dragen en zorgen voor de tuin. Dit laat de betrokkenheid van mens met natuur zien en dat is juist in een stedelijke omgeving van belang. Daarom doet ZOETMULDER onderzoek naar de woonbehoefte tuinieren en hoe deze vorm kan krijgen in wijken met een hoge dichtheid.
Hiervoor deden wij onderzoek naar de twee Franse architecten Renée Gailhoustet (1920-2023) en Jean Renaudie (1925-1981) en leverden wij bijdragen aan de publicatie FORUM – de Tuin. Hierin ontdekten wij hoe, op uiteenlopende wijze, tuinieren onderdeel kan worden van een hoge dichtheid woonbeleving, welke sociale kansen dit biedt en welke uitdagingen overwonnen dienen te worden.
Elise Zoetmulder schreef over het werk van de Franse architecte Renée Gailhoustet. Haar ontwerpen zijn gemengde woongebouwen die als groene bergen de stad in groeien. De gebouwen hebben uiteenlopende woningtypologieën en gemeenschappelijke functies. Koopwoningen bevinden zich in de plint en het sociale woningbouwprogramma bevindt zich hierboven. Op elke verdieping kan getuinierd worden, zowel privaat als gemeenschappelijk, in grote en kleine schaal. Publiek toegankelijke en ongeprogrammeerde ruimtes stimuleren onverwachte ontmoeting en zorgen zo voor sociale connectie. Deze elementen zorgen voor een grote diversiteit aan bewoners die een sterke sociale verbinding voelen met elkaar en de omgeving waarin het verbindende element het tuinieren is.
Als interieurarchitect richt Elise zich in de publicatie op de wijze waarop de woningen van binnen gebruikt worden en hoe ze op ongedwongen wijze sociale verbinding en verbinding tussen mens en natuur stimuleren. Zo zijn bijvoorbeeld de groene terrassen toegankelijk gemaakt via een klein opstapje. Hierdoor bevinden de planten zich van binnenuit op ooghoogte wat de verbinding tussen bewoners met hun tuin versterkt. De planten kan je immers eenvoudig onderhouden door je raam open te doen. Tegelijkertijd biedt het relatief hoger geplaatste groen van de tuin privacy aan het interieur in een hoge dichtheid stadswijk.
Benieuwd naar meer van dit soort kansen? Lees het onderzoek naar Renée Gailhoustet dat is gepubliceerd op het platform Local Heroes, een initiatief van Office Winhov.
Anton Zoetmulder schreef over de Franse architect Jean Renaudie. Hij ontwierp aan een architectuur die diepgeworteld was in een idealistisch communistisch wereldbeeld waarin de tuin een belangrijke rol speelde. Hij ontwierp complex ogende plattegronden, die gebaseerd waren op een helder constructief principe. Deze structuren leveren interessante en gevarieerde woningplattegronden in een hoekige architectuurtaal omringd door groene terrassen. Het doel van Renaudie was dat de bewoners, door de ongebruikelijke plattegronden, zelf konden ontdekken hoe ze de kwaliteiten van de woning konden benutten. Passend bij hun eigen identiteit. De tuin was hierin het belangrijkste middel. De terrassen werden bij oplevering namelijk -leeg- opgeleverd met een pak aarde en enkele stapstenen. Als een leeg canvas waarin de nieuwe bewoners zelf, middels tuinieren, een uiting konden geven aan hun eigen identiteit.
Benieuwd hoe de bewoners hier invulling aan geven? Dit is te lezen in het onderzoek naar Jean Renaudie genaamd ’to give voice to that which was silent’. Delen van dit onderzoek zijn gepubliceerd op het platform Local Heroes. En uitgediept in de publicatie van de april editie van FORUM ‘de Tuin’.
Naast het artikel over Jean Renaudie heeft Elise Zoetmulder voor FORUM ‘de Tuin’ het artikel ‘Balkon: dromen van zoete rozen – tuinieren als wooncultuur’ geschreven. Dit artikel gaat over de mogelijkheden van tuinieren in hoge dichtheid met beperkte middelen. Ze schrijft over het balkon van Dominique. Een compact balkon met een dusdanige gelaagdheid en omarmende groene sfeer dat de plantbeleving volstaat als die van een tuin. In het artikel analyseert Elise welke eigenschappen van het balkon de groene gelaagdheid mogelijk maken.
Benieuwd hoe je een balkon kan ontwerpen dat de mogelijkheid biedt tot tuinieren? Lees het artikel in de april editie van FORUM ‘de Tuin’.